Achtergrondartikelen

Het bancaire schuldensysteem en de financiële crisis

De huidige financiële crisis is veroorzaakt door de vrijwel onbeperkte wijze waarop banken geld in omloop kunnen brengen. Hierbij spelen twee fundamentele bancaire systeemprincipes een doorslaggevende rol: het debt based monetary system en het fractional-reserve system. Deze twee systemen vereisen in hun onderlinge samenhang een gedisciplineerde terughoudendheid van het bancaire systeem. Jelle Zijlstra, oud-president van de Nederlandse centrale bank, sprak in dit verband vaak over de noodzaak van een geldpolitiek die gekenmerkt wordt door gematigd monetarisme.

Debt based monetary system

Een debt based monetary system is een geldsysteem waarbij al het beschikbare girale geld de tegenboeking is van een schuldpositie tegenover de centrale bank dan wel een schuldpositie reflecteert van commerciële banken ten opzichte van hun cliënten of omgekeerd.

Een eenvoudig voorbeeld maakt dit helder. Stel, iemand heeft 1.000 euro op een spaarrekening staan. Zolang deze persoon dit geld op de bank laat staan, staat er een schuldpositie van de bank tegenover. Maar zodra deze persoon dit geld van de bank haalt en contant bewaart, is het geld schuldenvrij geworden. Deze 1.000 euro is dan geen giraal geld meer, maar chartaal (tastbaar) geld. Dat mensen instinctmatig beseffen dat chartaal geld waardevol is, blijkt als het vertrouwen in een bank wegvalt en er een bankrun ontstaat.

Het gegeven dat al het girale geld deel uitmaakt van een bancair schuldencomplex hoeft op zichzelf niet verontrustend te zijn, zolang de bancaire schulden maar van goede kwaliteit zijn en de verhouding tussen de kwaliteit van de uitstaande leningen en bepaalde bankratio's gezond is. Helaas zijn zowel de kwaliteit van de leningen alsook de bankratio's momenteel juist het probleem. Dit geldt in het bijzonder voor Europa.

Fractional-reserve system

De bankbalansen zijn als gevolg van een te ruime kredietverlening decennialang opgeblazen, vooral in de periode 1998-2008. Banken konden ongeremd leningen in de markt zetten omdat ze straffeloos hun fractional-reserve mogelijkheden vrijwel onbeperkt konden oprekken.

Het geld dat ten grondslag ligt aan deze leningen wordt door de banken simpelweg door middel van een administratieve boeking te voorschijn getoverd en een groot gedeelte daarvan wordt niet gedekt door aangetrokken besparingen. Via dubbel boekhouden leidt deze geldschepping tot balansverlenging en een gelijktijdige verslechtering van allerlei balansratio's, waaronder de solvabiliteitsratio. Vergelijk dit systeem eens met de werking van de voormalige Amsterdamse Wisselbank – die slechts geld uitleende tegen 100% onderpand.)

Tot op heden is meer dan 95% van al het beschikbare geld door banken in omloop gebracht. De rest is afkomstig van centrale banken en werd tot voor kort voorname­lijk in de vorm van base money ter beschikking gesteld aan commerciële banken. Als reactie op de financiële crisis zijn diverse centrale banken – buiten de commerciële banken om – geld in de markt gaan pompen via de aankoop van financiële titels. Dit wordt Quantitative Easing (QE) of Credit Easing genoemd.

Het bancaire systeem heeft op deze manier een monopolie op het scheppen en in omloop brengen van geld. De mate waarin banken dit kunnen doen hangt voorname­lijk af van de hoeveelheid eigen vermogen en binnenlandse besparingen die de toezichthouder minimaal voorschrijft met betrekking tot de balansverhoudingen van de banken. Dit toezicht neemt de vorm aan van diverse beperkingen voor verschillende balans­ratio's, die gelijktijdig door banken in acht genomen moeten worden. Hoeveel reserves banken in de vorm van deposito's als fractie van het balanstotaal moeten aanhouden is één van die ratio's en wordt aangeduid met de term fractional reserve.

Gevolgen van geldschepping voor de reële economie

Op macroniveau leidt deze geldschepping tot een sterke toename van claims op het toekomstige voortbrengend vermogen van de reële economie. Als de geldhoeveel­heid te snel toeneemt, vertaalt zich dat in ontwikkelde economieën doorgaans niet in een evenredige toename van nieuwe activa zoals productiecapaciteit, omdat de investeringen die daarvoor nodig zijn bancair risicovol gevonden worden. Leningen aan met name het midden- en kleinbedrijf – voor investeringen in innoverende technologieën ten bate van toekomstige kwaliteitsconsumptie – krijgen bijvoorbeeld geen noemenswaardige extra impuls. De overtollige middelen vinden voornamelijk hun weg naar bestaande activa, zoals onroerend goed, obligaties, aandelen en grondstoffen, die hierdoor in prijs stijgen.

Activa-inflatie

Prijsstijgingen van onroerend goed, obligaties en aandelen – ook wel aangeduid als activa-inflatie – worden niet meegenomen in de officiële inflatiecijfers en hebben geen welvaartsverhogend effect omdat de kwaliteit en hoeveelheid van deze activa niet of nauwelijks toeneemt. Dit soort prijsstijgingen leidt wel tot waardevermeerde­ringen van allerlei onderpanden, zodat de grondslag voor nieuwe geldschepping toeneemt. Waardedalingen in de vorm van activa-deflatie hebben uiteraard een tegengesteld monetair effect.

In ontwikkelde economieën levert deze wijze van geldschepping dus niet een even­redig causaal fysiek effect op in de reële voortbrengende economie. In opkomende economieën zoals China, waar de voorraad bestaande activa relatief gering was, leidt een overmatige bancaire geldschepping vaak tot te snelle uitbreidingsinveste­ringen in nieuwe activa, waardoor kwaliteit achterblijft en overinvesteringen optreden die achteraf vaak onrendabel blijken te zijn.

Leverage en deleverage

Een periode waarin de geldhoeveelheid sterk toeneemt, doordat de bankbalansen gelijktijdig expanderen, wordt aangeduid als een leverage periode. Consumptie, investeringen en overheidsuitgaven nemen dan toe en de belastinginkomsten en het Bruto Binnenlands Product (BBP) stijgen. De conjunctuur wordt op die manier kunst­matig aangejaagd en de inflatie wordt onderschat doordat activa-inflatie in de officiële statistieken buiten beschouwing wordt gelaten. Dat een en ander slechts tijdelijk is omdat al deze variabelen hun financiering ontlenen aan een sterke toena­me van vooral private schulden, wordt meestal te laat onderkend. Er is dan een luchtbel opgeblazen.

Een periode van kredietexpansie eindigt zodra individuele schuldenaars in gebreke blijven, omdat ze in de fysieke economie de toegenomen lasten – veroorzaakt door de hogere prijs- en schuldenniveaus – niet meer kunnen dragen. Hierdoor worden met name bancaire instellingen tot afschrijvingen gedwongen. Alsdan verslechteren deze afschrijvingen de balansverhoudingen van banken en dwingen ze de banken hun balansen te verkorten om de kapitaalratio's te herstellen. Inperking van de kredietverstrekking is dan hun eerste reflex. Deze fase wordt aangeduid met de term deleverage en resulteert in een financiële crisis.

deze financiële crisis heeft te maken met een debt based monetary system, gecombineerd met het fractional-reserve system

In een periode van deleverage worden de deflatiekrachten onderschat doordat de prijsdaling van belangrijke activa, zoals onroerend goed, buiten beschouwing wordt gelaten. Banken kunnen vervolgens zodanig in de problemen komen dat overheden bij moeten springen, met als gevolg dat de belastingbetaler uiteindelijk opdraait voor de schulden. Tegelijkertijd neemt de hoeveelheid geld in omloop af en ontstaan er twee problemen:

  • Allereerst komt – bij een te grote schuldentransfer van banken naar overheden – de kredietwaardigheid van soevereine staten in het geding, waardoor zij zelf de toegang tot de kapitaalmarkt verliezen. Dit probleem speelt acuut op indien het betreffende land geen eigen munt voert, zoals dat geldt voor landen in de eurozone.
  • Het tweede probleem is fundamenteler van aard. In een geldsysteem waarbij al het geld als schuld in omloop wordt gebracht, is het mathematisch noodzakelijk dat de geldhoeveelheid blijft groeien. De bestaande schulden en de daarop verschuldigde rente moeten immers afgelost kunnen worden. Hiervoor moeten er voldoende geldeenheden in omloop beschikbaar zijn.

Geldschepping door centrale banken

Een leverage/deleverage-systeem is dus vergelijkbaar met een piramidespel. Het gaat alleen goed zolang er meer instroom dan uitstroom van middelen is. Vandaar dat de monetaire autoriteiten sinds enige jaren bankinstellingen nagenoeg renteloos geld ter beschikking stellen tegen onderpand, en gelijktijdig de houders van financiële activa liquiditeit verschaffen door hun titels op te kopen in de secun­daire markt in de vorm van QE-operaties. Experts spreken al enige tijd over QE-to-infinity of QEternity, omdat centrale banken gedurende een financiële crisis blijvend gedwongen worden de geld­schepping van commerciële banken over te nemen. Centrale banken scheppen dit geld – evenals commerciële banken – uit het niets via een administratieve boeking.

Het geld dat zo uit het niets ontstaat wordt eveneens als schuld in omloop gebracht en vertraagt slechts de noodzakelijke correctie in de prijzen van financiële en fysieke activa. In ons gemonopoliseerde geldwezen is elke vorm van vrije-marktwerking zoek; de prijs van geld wordt centraal bepaald en de prijzen van aandelen, obligaties, onroerend goed en grondstoffen worden centraal beïnvloed.

Elastiek

Kortom, een debt based monetary system in combinatie met een fractional-reserve lending system werkt als een elastiek. Eerst wordt de geldhoeveelheid opgerekt, maar zodra kritische grenswaarden met betrekking tot de geldschepping overschre­den worden, krimpt de geldhoeveelheid automatisch waardoor een financiële crisis ontstaat. In de leverage-fase fungeren de bankbalansen als een geldpomp, terwijl ze in de deleverage-fase vervolgens een zwart gat zijn, waarin een groot deel van de in omloop gebrachte liquiditeit weer verdwijnt. Als gevolg hiervan kunnen meer en meer partijen hun verplichtingen niet meer nakomen, zodat de liquiditeitsvernietiging zichzelf gaat versterken via afschrij­vingen. Het elastiek correleert in hoge mate met de conjuctuurgolf ook wel business cycle genoemd.

Ten slotte

Er zijn drie trends die vandaag de dag samenvallen en een gezond financieel herstel onherroepelijk in de weg staan. Ten eerste zijn de publieke en private schulden­niveaus in Europa, de VS en Japan zonder historisch precedent. Daarnaast is de reactie van de centrale banken van deze gebieden, alsook de schaal waarop ze ingrijpen, ongekend. En ten slotte is de fase waarin de demografische ontwikkeling zich in genoemde landen bevindt een rem op het groeipotentieel van deze econo­mieën.

Om de balansen van de centrale banken op te schonen, moeten in de toekomst grote schuldposities worden afgebouwd en enorme hoeveelheden liquiditeit uit de markt worden genomen. Voor de afbouw van schulden is reële economische groei een vereiste. Gegeven de demografische ontwikkeling en de druk op zowel con­sumptie, investeringen en overheidsuitgaven door noodzakelijke bezuinigingen, is dit een vrijwel onmogelijke opgave.

Het opschonen van de balansen van centrale banken is een opzichzelfstaand probleem. Dit kan alleen maar gepaard gaan met Quantitative Tightening (QT), waardoor veel geld uit omloop gaat verdwijnen. Hierdoor zal de economische activiteit sterk afnemen en de financiële crisis zich verdiepen.

Wil je reageren op bovenstaand artikel, maak dan gebruik van het contactformulier en je commentaar wordt hieronder geplaatst.

Reacties:

Banken maken al eeuwen waardeloos geld

Banken maken al eeuwen waardeloos geld. Dat is al aangetoond. En toch wordt dat waardeloze geld voor vol aangezien...

Geldmonopolie terug naar overheden

Om tot een lange termijn oplossing van de financiële crisis te komen is het noodzakelijk om het systeem van het op schuld gebaseerde creëren van geld af te schaffen...

Geldschepping geen oorzaak van crisis 2007

De Redactie
==
De huidige financiële crisis is veroorzaakt door de vrijwel onbeperkte wijze waarop banken geld in omloop kunnen brengen.
==

Daar is geen enkel bewijs voor en dat vind ik buitengewoon onwaarschijnlijk...

Chicagoplan niet de oplossing

Op de site http://deblijeb.nl/over-ons/oplossing-financiele-crisis.html van De Blije B kun je in het downloadbare bestand DE oplossing voor de huidige financiele crisis zien...

Het opschonen van de balansen van centrale banken

Waarom is Quantitative Tightening (QT) of het opschonen van balansen van centrale banken nodig. Kunnen de monetaire autoriteiten niet gewoon schulden kwijtschelden?...

De creatie van geld via schulden

Hoe kan het nu bestaan dat gebakkenlucht-geld serieus wordt genomen en als een schuld wordt ervaren? Als ik een schuldbriefje maak - goed voor 144 euro bijv...

Extra’s

Zoek op deze site:

XML RSSAbonneer je via RSS
  • XML RSS
  • follow us in feedly